|
|
![]() |
|
Lourdesraam verschijning van Maria aan Bernadette Soubirous. Zij woonde met haar ouders in de molen van Boly, het erfstuk van haar moeder Louise Soubirous Casterot. Tijdens een cholera-epidemie werd ook Bernadette ziek. Ze ontsnapte maar net aan de dood en hield er astma aan over. Raam van Mei 1940. Op 11 februari 1858, ze was toen veertien jaar oud, ging Bernadette met haar zusje Toinette en een vriendin Jeane Abedie hout sprokkelen. Vanwege haar slechte conditie kon Bernadette de meisjes niet bijhouden. Toen ze haar kousen uittrok om de Gave over te steken, hoorde ze aan de overkant boven de daar aanwezige grot van Massabielle een geruis als van de wind, maar zag de struiken en bomen niet bewegen. Ze zag vervolgens de verschijning van een in het wit geklede dame met een rozenkrans, die zich tijdens een latere verschijning - op 25 maart - voorstelde als Que soy era immaculada councepciou ("Ik ben de onbevlekte ontvangenis"). Te Lourd op de bergen verscheen in een grot vol glans en vol luister de Moeder van God Ave, Ave, Ave Maria! Ave, Ave, Ave Maria! (ook na ieder volgend couplet) Zij riep Bernadette, een nederig kind "Wie zijt gij, vroeg 't meisje, die u daar bevindt?" "lk ben d'Onbevlekten zuivere Maagd gans vrij van de zonde heb ik God behaagd.l' Zij deed er ontspringen een klare fontein met helende waat'ren, als waar medicijn "lk wil hÍer een tempel, op Massabiëls rots lk zal hier doen schittren, de wonderen Cods!" "Dat pelgrims hier komen, van wijd en van zijd 'k zal zalving hier geven aan ieder die lUdt." En sedert't verschijnen iler Moeder-Maagd daar stugt immer de bede der christene schaar Wij brengen als d'engel U, Moeder zo zoet met tedere liefde de dierbare groet De talen der volk'ren verheffen uw naam zij bidden door 't Ave, Maria te saam Door dalen en wouden, langs bergen en vliet klinkt de eer van Maria. in 't hemelse lied Te Lourdes in Frankrijk, uw lievelingsoord weerklinkt en weergalmt het in machtig akkoord "lk ben d'Onbevlekte" zo klonk daar uw woord en de onschuld bevoorrecht herhaalde. ongestoord Nu prijkt daar uw beelt'nis met glorie omstraald wier aanblik zo minzaam. uw moederhart maalt Daar stromen de pelgrims met duizenden saam hun harten begeesterd, aanroepen uw naam Daar schenkt uwe liefde, aan zondaren vree aan kranken genezing op't smeken der bee Die grot ons zo dierbaar uw beelt'nis zo rein doen stromen uw zegenr bij 't klinkend refrein Wij danken U, Moeder, voor't heil ons geschied O zegel ons aller-bij-*-gafica€rq-van lt lied Vertrouwend op 't Ave door d'Engel gebracht herhalen wij immer, met vuriger kracht Aanvaardan de hulde, o Moeder zo goed de huldê uwer kind'ren, aanhoor onze groet Zo blijft, o Maria, in vreugd en in smart in leven en sterven, de kreet van ons hart Die groet zij de laatste, door 't hart nog geuit wanneer in het sterven, de mond zich reeds slu it Maar dan door Maria geleid tot haar Zoon herhalen wij eeuwig, geschaard rond haar troon | ![]() |
Totaal aantal foto's: 278 | Help |